Mussel,
zijn vroegere inwoners,
hun leven & hun huizen
versie februari 2020
klik op de foto’s voor een
grotere afbeelding
Musselweg 78
Eg(t)bert
Friedriks
van
der
Heide
is
sinds
12
april
1848
eigenaar
van
het
grondstuk
van
het
huidige
adres
Musselweg
78.
We
wachten
nog
op
het
vinden
van
de
koopakte.
Op
4
februari
1851
leent
hij
ƒ100
van
Berent
Jans
Wilsing
en
geeft
daarvoor
zijn
“nieuw
getimmerde
behuizing”
als
onderpand
(bron
RHC
GrA122-111-34)
.
Hun
behuizing
stelde
niet
zoveel
voor,
waarschijnlijk
niet
meer
dan
een
plaggenhut.
We
baseren
dat
op
een
omschrijving
op
een oude kaart van het kadaster uit 1848 (zie kantlijn).
Anderhalf
jaar
na
het
overlijden
van
Eg(t)bert
trouwt
z’n
vrouw,
Geessien
Jacobs
Huiting,
met Willem Scheper. Hij komt inwonen bij Geessien en samen krijgen ze nog drie kinderen.
Later
zien
we
Willem
nog
terug
in
de
rechtbank
in
Winschoten
(1889).
Hij
wordt
veroordeeld
tot een boete van ƒ10 voor het illegaal slachten van een kalf
(bron: RHC GrA 882-392-216)
.
Op
1
september
1869
verkopen
Willem
en
Geessien
hun
bezit
bij
opbod.
De
hut
heeft
dan
al
plaatsgemaakt
voor
een
huis.
In
de
akte
lezen
we
ook
dat
er
sprake
is
van
beklemde
grond;
de
jaarlijkse
huur
is
ƒ15,
te
betalen
aan
de
eigenaar,
de
erven
van
Willemtje
Jans
Bessembinders.
Bij
de
veiling
is
Derk
Geerts
Lunenborg
met
ƒ800
de
hoogste
bieder.
Derk
is
“vader
in
het
Godshuis”
te
Veendam
(bron
RHC
GrA
2207-6216-47)
.
Wat
hij
in
Mussel
heeft
te
zoeken
is
nog
niet
duidelijk,
maar
waarschijnlijk
wordt
hij
hulponderwijzer
bij
zijn
zwager
Hendrik
Willem
Bloemhoff
aan
de
school
op
Musselweg
81
.
Zeker
weten
doen
we
het
niet,
maar
een
volgende
bezoek
aan
het
archief
van
de
gemeente
Stadskanaal
moet
daar
duidelijkheid
over geven.
Het
echtpaar
Lunenborg
heeft
zelf
geen
kinderen.
Toch
komen
ze
niet
alleen;
de
driejarige
Anna
Grieta
Zuiderhoek
komt
mee
naar
Mussel.
In
het
bevolkingsregister
van
Odoorn
wordt
ze
later
benoemd
als
pleegdochter.
Ook
Evert
Holtjer
komt
mee
uit
Veendam.
In
1876
wordt
Lunenborg
benoemd
tot
hoofd
van
de
school
te
Exloërveen
(bron:
weekblad
voor
onderwijs
en
schoolwezen
jrg
33,
1876,
no
103,
23-12-1876)
.
Op
19
januari
is
de
verhuizing
aanstaande;
er
is
boeldag.
Wat
je
verkoopt
hoef
je
niet
mee
te
zeulen!
Allerlei
boerengereedschap,
3
koeien,
een
vaars,
5
varkens,
4
schapen
en
13
kippen
verwisselden
van
eigenaar
(bron:
RHC
GrA
120-3-10)
.
Het
ging
dus
wel
even
anders
in
vroeger
tijd.
Ook
een
schoolmeester
moest
de
koeien
melken
en
de
varkensstal
uitmesten!
De
vergoeding
als
schoolmeester
was
te
laag
om
van
te
leven.
Op
20
januari
1877
verkoopt
Lunenborg
zijn
woning
en
het
beklemrecht
van
de
grond
van
Musselweg
78
aan
Freerk
Hindriks
Boels
uit
Onstwedde.
Het
is
een
koppelverkoop,
want
ook
een
stuk
hooi-
en
heideland
ter
plekke
van
het
latere
adres
Musselweg
83
wordt
door
Lunenborg verkocht aan Boels. De verkoopprijs bedraagt ƒ3000,-
(bron RHC GrA T2207-6286-61)
.
Op
23
januari
1877
volgt
nog
een
publieke
veiling
waarop
Lunenborg
zijn
“veenplaats
en
bouwland
met
daarop
staand
huisje
in
de
“Musselkiel”
verkoopt.
Het
is
opgedeeld
in
vijf
percelen
en
voor
elk
perceel
is
er
een
andere
koper
(bron
RHC
GrA
120-3-11)
.
We
hebben
nog
geen
idee
waar
dat
huisje
is
gelegen.
Weer
een
reden
voor
een
nieuw
bezoek
aan
het
archief
in
Groningen.
Terug naar Freerk Hindriks Boels:
Net
als
zovele
van
zijn
dorpsgenoten,
probeert
ook
Freerk
snel
geld
te
verdienen
met
het
smokkelen
van
waren.
Vooral
de
alcoholsmokkel
was
populair,
misschien
omdat
daar
de
hoogste
verdiensten
lagen.
Voor
vervoer
daarvan
was
een
speciale
vergunning
nodig.
Freerk
had
geen
vergunning
als
hij
in
Ter
Wupping
wordt
gecontroleerd.
Hij
heeft
27
liter
75%-alcohol
bij
zich,
verdeeld
over
5
varkensblazen.
Op
7
november
1887
wordt
hij
veroordeeld tot 81 dagen gevangenisstraf
( bron: RHC GrA 882-384-rol 470)
.
En
dan
lopen
we
tegen
iets
aan
dat
we
nog
verder
uit
moeten
zoeken.
Op
6
juli
1885
wordt
het
huis
en
de
grond
op
een
publieke
veiling
aangeboden
door
de
erven
van
de
niet-
getrouwde
Boelem
Freerks
Boels.
We
missen
dus
nog
een
akte.
Het
land
en
de
schuur
zijn
direct
te
aanvaarden,
het
woongedeelte
pas
per
1
november
1885.
Johannes
Feldbrugge
koopt het voor ƒ1000,-
(bron: RHC GrA 122-210-100)
.
Feldbrugge
heeft
het
niet
lang
in
bezit
en
verkoopt
het
op
20
februari
1886
voor
ƒ1400
aan
Albert Veltrop en Maria Gezina Bargman uit Roswinkel
(bron RHC GrA 2207-6364-1)
.
Het
directe
vervolg
missen
we
nog.
Op
14
december
1892
wordt
ene
Hendrik
Twiest
eigenaar
van
het
pacht-recht
van
perceel
Musselweg
78.
Of
hij
het
heeft
gekocht
van
de
familie
Veltrop
weten
we
ook
nog
niet;
de
koopakte
moet
nog
worden
gevonden.
Hendrik
is
in
Mussel
niet
in
contact
geweest
met
de
ambtenaren
van
de
Burgerlijke
Stand
en
heeft
ook
niet
in
Mussel
gewoond.
Het
moet
gaan
om
Hendrik
Twiest,
getrouwd
met
Reina
Jansen
van
de
Barlage,
gewoon
omdat
dit
de
enige
Hendrik
Twiest
is
die
bij
de
koop
in
leven
is.
Ongetwijfeld was er een huurder; maar wie?
Op
24
augustus
1893
leent
Hendrik
ƒ1000
van
Johannes
Feldbrugge
(bron
RHC
GrA
120-25-2707)
,
maar
hij
komt
zijn
betalingsverplichtingen
niet
na.
Voor
de
tweede
keer
verkoopt
Feldbrugge
het
huis
en
de
grond
van
Musselweg
78.
De
publieke
verkoop
is
op
10
maart
1896.
Harm
Kruize,
landbouwer
te
Mussel,
koopt
het
huis
en
ca.2,5
ha
land
voor
ƒ1300,-
(
bron
RHC
GrA
120-30-3450)
.
Behalve
het
gezin
van
Harm,
komt
ook
Aike,
de
vrijgezelle
broer
van
Harm mee naar dit adres.
We
komen
de
gebroeders
Kruize
tegen
in
een
verslag
van
de
arrondissementsrechtbank
te
Winschoten
van
18
december
1897
.
In
het
15
pagina’s
tellende
document
lezen
we
wat
er
in
Mussel
is
voorgevallen
op
de
late
zondagavond
van
10
oktober.
Harm
Hummel
en
Klaas
Kuipers
vernielen
opzettelijk
de
omheining
van
het
huis
van
de
gebroeders
Kruize
en
lopen
daarna
door.
Voor
het
huis
van
meester
Heis
(
Musselweg
81
)
treffen
de
vandalen
Jan
Hummel,
de
broer
van
één
van
de
daders.
Als
Harm
en
Aike,
gewapend
met
stokken,
aan
komen
lopen
slaan
Harm
Hummel
en
Kuipers
op
de
vlucht.
Harm
Hummel
spring
in
paniek
over
een
te
brede
sloot
en
belandt
er
midden
in.
Harm
Kruize
slaat
met
een
stok
in
op
Jan
Hummel
en
nadat
Jan
komt
te
vallen
wordt
hij
door
Aike
met
een
scherp
mes
toegetakeld,
vooral
aan
het
hoofd
en
gezicht.
Daarna
probeert
Aike
nog
om
met
z’n
mes
Harm
Hummel,
die
pogingen
doet
om
uit
de
sloot
te
klimmen,
te
raken.
Dat
mislukt
en
nadat
Harm
Kruize
nog
even
inslaat
op
de
bewusteloze
Jan
Hummel,
druipen
ze
af.
Schoolmeester
Heis
wordt
wakker
van
het
lawaai,
maar
gaat
pas
naar
buiten
als
er
niemand
meer
te
zien
is.
Hij
kan
dus
ook
niet
beoordelen
of
het
een
gezamenlijk
gevecht
is
geweest
van
de
gebroeders
Hummel
met
de
gebroeders
Kruize,
zoals
Harm
Kruize
even
daarvoor
in
de
rechtszaal
had
verklaard.
Volgens
de
broers
Kruize
waren
ze
door
de
broers
Hummel
aangevallen,
waarbij
Harm
Hummel
uiteindelijk
in
de
sloot
is
belandt;
Jan
Hummel
zou
een
mes
hebben
gedragen
en
daarmee
het
gezicht
van
Harm
Kruize
hebben
verwondt;
het
litteken
was
nog
zichtbaar.
De
rechter
vraagt
dokter
Uniken
van
der
Tuuk
om
het
litteken
te
bekijken.
De
dokter,
als
getuige
opgeroepen
omdat
hij
de
wonden
van
Jan
Hummel
heeft
behandeld,
zegt
het
niet
te
kunnen
weten
hoe
lang
het
litteken
er
zit.
Ook
verklaart
hij
dat
Harm
Kruize
gisteravond
nog
aan
zijn
deur
is
geweest
om
met
de
dokter
te
spreken
over
de
rechtszaak.
Dokter
Uniken
van
der
Tuuk
heeft
hem
weggestuurd
met
de
opmerking
dat
hij
vandaag
de
waarheid
in
de
rechtszaal
zou
horen.
Terug
naar
10
oktober:
nadat
Jan
Hummel
thuis
is
gebracht
wordt
de
dokter
pas
de
volgende
morgen
geroepen.
Dokter
Uniken
van
der
Tuuk
verklaart
dat
Jan
veel
bloed
heeft
verloren.
Bij
de
behandeling
van
de
wonden
raakte
hij
buiten
bewustzijn.
De
dokter
constateerde
een
bloedende
wond
tot
aan
het
been
aan
de
pols
en
zes
diepe
wonden
tot
aan
het
been
aan
het
gezicht
en
aan
het
hoofd,
waarvan
één
langs
de
slaap-slagader
(bron:
RHC
GrA
882-182-471)
.
Aike
Kruize
wordt
veroordeeld
tot
een
gevangenisstraf
van
zes
maanden,
een
betaling
van
een
kleine
ƒ110
gulden
als
schadevergoeding
aan
pa
Hummel
en
in
de
kosten
van
het
geding.
Kruize
gaat
in
appél
maar
het
gerechtshof
in
Leeuwarden
bevestigt
het
vonnis.
Ook
een
gratieverzoek
wordt
afgewezen
(bron:
RHC
GrA
882-431-rol
471)
.
Harm
Hummel
en
Klaas
Kuiper
worden
voor
de
vernieling
van
het
hek
veroordeeld
tot
respectievelijk
acht
gulden
en
twaalf
gulden
boete
(bron:
RHC
GrA
882-
431-rol 470)
. We komen Jan Hummel later tegen op
Bovensteveenweg 9
.
Op
3
september
1914
verkoopt
Harm
Jans
Kruize,
woonachtig
te
Ter
Apel,
zijn
bezit
aan
pachtgrond
en
het
huis
op
en
rondom
Musselweg
78
aan
zijn
broer
Steffen
Kruize.
Steffen
woont
dan
te
Smeerling;
hij
koopt
het
geheel
voor
ƒ2000,-.
De
jaarlijkse
pacht
is
ƒ15,-
,
“vast
en
altoosdurend”
(bron
RHC
GrA
t122-285-442)
.
Steffen
heeft
nooit
in
Mussel
gewoond;
hij
heeft
het
gekocht
voor
zijn
zoon
Willem,
die
op
23
april
van
datzelfde
jaar
trouwde
met
Lammechien van Eken en in Mussel komt wonen.
Op
14
januari
1919
koopt
Willem
het
Mussels
bezit
van
zijn
vader
voor
ƒ10.000.
Het
is
het
vijfvoudige
van
het
bedrag
waarvoor
zijn
vader
het
heeft
gekocht.
Vader
en
zoon
spreken
af
dat
de
koopsom
niet
eerder
dan
op
1
november
1925
opeisbaar
is
onder
voorwaarde
dat
Willem
jaarlijks
getrouw
de
rente
betaald.
Ook
wordt
geregeld
dat
de
ouders
het
recht
krijgen
op
inwoning
in
de
noordelijke
kamer
voor
de
rest
van
hun
leven
(bron:
RHC
GrA
T122-306-22)
.
Echter
een
dik
half
jaar
voordat
Willem
de
koopsom
moet
betalen,
overlijdt
vader
Steffen
te
Smeerling.
De
achterblijvende
familie
regelt
op
17
juli
1926
de
boedelscheiding;
helaas
is
de
originele
akte
niet
bewaard
gebleven
(we
gaan
nog
zoeken
naar
de
duplicaat-akte).
Op
27
april
1927
leent
Willem
nog
ƒ1200
van
een
drietal
mensen
en
geeft
daarbij
zijn
boerderij
als
onderpand
(bron
RHC
GrA
119-187-7717)
.
Waarvoor?
Niet
voor
betaling
van
de
hypotheek
zoals
uit
het
vervolg
zal
blijken.
Op
29
juni
1932
volgt
er
een
openbare
verkoping
van
de
boerderij
met
de
bijbehorende
landbouwgronden.
Het
blijkt
dat
Willem
al
op
1
mei
1927
is
gestopt
met
de
betaling
van
de
rente zonder betaling van de koopsom. Willem woont dan als bedrijfsleider in Wollinghuizen.
Moeder
Elizabeth
wordt
de
nieuwe
eigenaar
voor
ƒ9050,-.
Ze
moet
nog
even
geduld
hebben
met
het
betrekken
van
de
boerderij,
want
het
is
tot
aan
1
mei
1933
verhuurd
aan
Jan Hoitzing
(bron: RHC GrA 122-375-238)
.
Het
is
nog
niet
zeker
of
Elizabeth
Kruize-Reints
op
dit
adres
heeft
gewoond.
We
hebben
nog
lang
niet
alle
gegevens
compleet,
maar,
voorzover
we
er
over
beschikken,
zien
we
geen
kinderen
bij
haar
inwonen
en
komt
ze
te
overlijden
bij
haar
dochter
Albertje
op
de
Zaadstukken.
Haar
kinderen
zitten
een
half
jaar
later,
op
13
januari
1949,
bij
elkaar
om
de
financiële
zaken
af
te
handelen.
Behalve
het
huis
op
Musselweg
78
zijn
er
meerdere
percelen
landbouwgrond
te
verdelen.
Het
huis
gaat
naar
Jan
Kruize
en
Alberdina
Wubs
van
de
Braamberg.
Zelf
hebben
ze
er
niet
gewoond.
Het
is
eerst
verhuurd
aan
hun
dochter
Albertje. Zij gaat hier wonen met haar man Jan Meendering.
Pa
Kruize
komt
te
overlijden
op
28
april
1956.
Zijn
weduwe
en
haar
kinderen
zitten
op
20
november
1956
om
tafel
bij
notaris
Hamminga.
Moe
Kruize
wordt
de
eigenaar
van
Musselweg
78
(bron
RHC
GrA
OZ4-1108-140-WST)
.
Op
15
januari
1957
zit
moe
Kruize
weer
bij
de
notaris.
Ze
verkoopt
het
beklemrecht
van
het
huis
en
6,5
ha
landbouwgrond
aan
haar
schoonzoon Jan Meendering voor ƒ20600
(bron: RHC GrA OZ4-1110-114-EWST)
.
Wordt vervolgd……
Musselweg 76
Musselweg 79
Musselweg 71 t/m 115
transcriptie
van
een
deel
van
de
originele
akte:
Derk
Hummel,
de
vader
van
Jan,
eist
ƒ109,40
van
de
gebroeders
Kruize
voor
geleden schade
Nieuwsblad v.h.Noorden,
19 dec.1897
twee details van een
veldwerkkaart van het
kadaster, dienstjaar 1849.
Perceel 653 is Musselweg 78
(collectie RHC GrA, kadasterviewer)
Musselweg 78 in 1871; het
huis is vernieuwd of verbouwd
en er is een losse schuur
gebouwd (collectie RHC GrA,
kadasterviewer)
huwelijksfoto
Jan
Meendering
en
Albertje
Kruize
(collectie
G.Luth,
Heiloo)