Mussel,
zijn vroegere inwoners,
hun leven & hun huizen
versie oktober 2018
klik op de foto’s voor een
grotere afbeelding
Musselweg 84
Op
7
april
1848
verkopen
de
erven
van
Derk
Hanssens
Huitzing
uit
Onstwedde
het
beklemrecht
van
een
“halve
veenplaats”
met
een
oppervlakte
van
bijna
6
hectare.
Jan
Pijters
Elzen
van
de
“Wedder
Bergen”
is
voor
ƒ5,-
de
koper.
De
jaarlijkse
pacht
bedraagt
ƒ17,-.
Ze
mogen er een huis bouwen
(bron RHC GrA 2207-6041-86)
.
Zoals
in
onderstaande
tabel
te
zien
is
leidt
de
achternaam
tot
veel
verwarring
bij
de
ambtenaren van de Burgerlijke Stand: vier kinderen, drie verschillende achternamen.
Zoon
Pieter
verzeilt
in
1864
in
een
lastig
parket.
Op
een
boeldag
in
dat
jaar
verliest
Roelf
Oosterhuis
uit
Jipsinghuizen
zijn
zilveren
pijpenkop
en
bijbehorend
zilveren
kettinkje
uit
zijn
jaszak.
Waarschijnlijk
is
er
op
de
boeldag
al
reuring
ontstaan
over
de
vermissing.
De
dan
nog
vijftienjarige
Pieter
wordt
later
door
de
veldwachter
ondervraagt.
In
de
rechtszaal
zegt
Pieter
dat
hij
de
pijp
heeft
gevonden
maar
dat
hij
onder
druk
van
de
veldwachter
uit
angst
heeft
toegegeven
het
gestolen
te
hebben;
de
veldwachter
zou
hebben
gezegd
dat
“er
niets
van
zou
komen”
als
hij
toegaf
dat
hij
het
had
gestolen.
De
bij
Pieter
in
beslag
genomen
pijp
is
als
bewijsstuk
ter
zitting
aanwezig.
De
kop
wordt
door
Oosterhuis
herkent,
maar
het
mondstuk
is
anders.
De
vijftienjarige
Harm
Wessels,
ook
uit
Mussel,
verklaart
dat
het
mondstuk
van
hem
is
geweest
maar
dat
hij
het
met
Pieter
had
geruild
tegen
een
zilveren
kettinkje.
Volgens
Harm
had
Pieter
gezegd
dat
hij
de
pijp
voor
15½
stuiver
gekocht
had
van
bakker
Klaas
Hillenga.
Pieter
zegt
dat
de
verklaring
van
Harm
niet
waar
is
maar
dat
Harm
de
ketting
van
hem
had
afgenomen
en
dat
ze
het
later
nog
wel
“met
elkander
maken
konden”
(bron RHC GrA 882-99-rol 61)
. We gaan nog op zoek naar het Salomonsoordeel van de rechter.
We
zien
wel
iets
raars
in
het
Bevolkingsregister
1850-1860.
De
familie
Roeff
Huiting
van
Musselweg
100a
staat
onder
hetzelfde
huisnummer
bijgeschreven
op
het
blad
van
de
familie
Elsen. Toch woonden ze elk apart, maar in die tijd waren ze directe buren van elkaar.
Pa
Elsen
overlijdt
in
februari
1880.
Zoon
Pieter
verkoopt
zijn
aandeel
in
de
nalatenschap
voor
ƒ153
aan
zijn
moeder
(bron:
RHC
GrA
2207-6320-69)
.
Er
is
dus
een
akte
van
inventarisatie,
maar
die
is
nog
niet
gevonden.
Kort
daarna
trouwt
dochter
Aike
en
komt
met
haar
man,
Jakob
Berends
Meems inwonen bij moeder.
Op
1
november
1889
zit
moeder
met
beide
nog
in
leven
zijnde
dochters
bij
de
notaris;
ze
leggen
vast
dat
ze
de
bezittingen
in
“mandeligheid”
houden
(bron
RHC
GrA
2207-6388-112)
.
Tien
jaar
later
komen
ze
er
op
terug.
Op
4
december
1899
koopt
dochter
Aike
en
haar
man
Jakob
Berends
Meems,
de
anderen
uit
en
komt
in
bezit
van
alle
roerende
en
onroerende
goederen
(bron RHC GrA 120-36-4647)
.
Op
24
februari
1908
komt
de
man
van
Aike
Elsen,
Jakob
Berends
Meems,
te
overlijden.
Opnieuw
wordt
er
een
bezoek
gebracht
aan
de
notaris
voor
de
inventarisatie
van
de
boedel.
De
levende
have
bestaat
uit
twee
koeien,
twee
paarden
en
twee
varkens.
Aan
onroerend
goed
bezit
de
familie
7,5
hectare
landbouwgrond
en
het
boerderijtje
op
Musselweg
84.
Er
is
een
testament
waaruit
blijkt
dat
de
achtergebleven
partner
het
vruchtgebruik
heeft
van
de
bezittingen
(bron
RHC
GrA
120-54-2251)
.
Ondanks
het
testament
komen
de
erven
op
21
juni
1910
overeen
dat
het
wenselijk
is
om
de
bezittingen
te
verdelen.
Moeder
Aike
Meems-Elzen
wordt
o.a.
eigenaresse
van
het
boerderijtje.
De
landbouwgronden
en
enkele
andere
bezittingen
worden verdeeld onder de kinderen
(bron RHC GrA 120-61-3501)
.
Op
22
augustus
1921
neemt
Lambertus
Meems
zijn
moeder
in
huis
en
verkoopt
namens
haar
het
huis
voor
ƒ3000,-
aan
zijn
zwager,
Jan
ter
Haar,
timmerman
te
Valthermond
(bron
RHC
GrA 120-106-419)
.
En
dan
is
er
iets
vreemds,
want
nog
geen
vijf
jaar
later
is
Aike
Elsen
nog
steeds,
of
opnieuw
in
bezit
van
deze
woning:
op
8
februari
1926
verkoopt
Lambertus
Meems
het
huis
en
(pacht)grond
voor
ƒ3500,-
aan
Lodewijk
Alons,
arbeider
te
Tweede
Exloërmond.
We
zullen
ongetwijfeld nog een akte vinden die dit verklaart.
De
grond
krijgt
Alons
in
pacht
als
“de
vaste
altijddurende
onopzegbare
en
in
alle
liniën
verervende beklemming” voor ƒ17,- per jaar
(bron: RHC GrA 120-127-41)
.
Op
12
april
1956
koopt
Lodewijk
Alons
voor
ƒ850
het
eigendomsrecht
van
de
grondeigenaren, Hendrik Aike Smith en Antje Bruining
(bron: OZ4-1101-028)
.
Wordt vervolgd…..
Musselweg 83
Musselweg 85
Musselweg 71 t/m 115
Een
berichtje
in
de
Leeuwarder
Courant
van
10
februari
1880.
Egbert
Elzen
is
de
enige
jonge-
man
in
Mussel
e.o.
die
in
1880
vóór
10
februari
is
overleden.
Het
kan
bijna
niet
missen
dat
hij
de
jongeman
is
die
uit
de
boom
is gevallen.